Doorgaan naar hoofdcontent

Van Burchgrafte tot Zernikedreef - zeven eeuwen straatnaamgeving in Leiden (boekrecensie)

In 2019 bestond de straatnaamcommissie van Leiden 65 jaar. Dat jubileum was de aanleiding om een boek uit te geven over de straatnaamgeving van de stad door de eeuwen heen: 'Straatnamen in Leiden - Een verhaal van zeven eeuwen'. Het boek werd geschreven door historicus Rudi van Maanen en taalkundige Marijke Mooijaart, beiden lid van de Leidse straatnaamcommissie.

Veel straatnaamboeken zijn geschreven volgens een vast format: na een korte inleiding over de geschiedenis van de stad volgt een alfabetische opsomming van alle straatnamen met daarbij een verklaring en wat achtergronden bij de naam. Ik heb een hele rij van die boeken in de kast staan. Het voordeel van die opzet dat je gemakkelijk straatnamen op kunt zoeken. Het nadeel is dat je er niet aan ontkomt om soms slechts korte verklaringen op te nemen zoals 'vogel uit de familie van Anatidae', omdat er simpelweg niet veel meer te melden is bij de straatnamen in de vogelbuurt.

In Leiden koos men een heel andere opzet voor het boek. In plaats van de alfabetische opsomming vertelt het boek in zijn geheel het verhaal van zeven eeuwen geschiedenis van de stad. Die geschiedenis wordt steeds beschreven vanuit de straatnaamgeving: hoe kwamen de straten in de middeleeuwen aan hun namen, hoe ontwikkelde de naamgeving zich toen de stad begon te groeien, wat gebeurde er met de straatnamen in de tijd van annexaties en grootschalige projectontwikkeling, en welke overwegingen speelden een rol bij de keuze van de straatnaamthema's? Ik las bijvoorbeeld hoe een onbeduidend straatje in de Tuinstadwijk de prominente naam Prinses Wilhelminastraat kreeg: de straatnaam werd kort na de geboorte van het prinsesje bedacht door de projectontwikkelaar van het arbeidersbuurtje dat toen nog in Zoeterwoude lag en bij annexatie van het gebied door Leiden bleef de straatnaam behouden. Ik las ook dat er een Japanse buurt is ontstaan in De Kooi op de plek van het buitenhuis Nippon van de Japanonderzoeker Von Siebold; de naam Nipponstraat is na de Tweede Wereldoorlog vervangen, maar er kwamen later wel andere straten zoals de Formosastraat en de Decimastraat. En ik las hoe de Leidse wijk Stevenhof in 1981 - in het kader van het gemeentelijke emancipatiebeleid - een van de eerste 'vrouwenwijken' in Nederland werd, met alleen maar straten die naar vrouwen genoemd zijn. Zo leer je tijdens het lezen veel over hoe bewoners en stadsbestuur door de eeuwen heen met straatnaamgeving om zijn gegaan, welke overwegingen er waren, welke discussies werden gevoerd en welke regels werden gehanteerd.

De opzet van het boek heeft ook een keerzijde. Als je de verklaring van een specifieke straatnaam zoekt - bijvoorbeeld omdat je er zelf gewoond hebt - word je soms naar plekken her en der in het boek verwezen waar je het antwoord bij elkaar moet puzzelen. En sommige straten staan er helemaal niet in. Ik zocht bijvoorbeeld naar de verklaring van bijzondere Leidse straatnamen zoals de Dullebakkersteeg en de Aarstraat, maar die komen allebei in het hele boek niet voor. Toen ik het boek liet zien aan iemand die lang in Leiden heeft gewoond, zocht die meteen de Lekstraat op omdat zijn zus daar woont... maar die straat staat er ook niet in. Om het korte stukje over de Rivierenbuurt te vinden, had hij in de index naar Amstelstraat of Zaanstraat moeten zoeken, zo ontdekte ik pas later. De gekozen opzet geeft de geboden informatie dus wel meer context - en vaak ook meer samenhang in tijd of thematiek - dan de alfabetische opsomming waar in veel andere straatnaamboeken voor gekozen is, maar het biedt tegelijk ook minder concrete informatie over individuele straatnamen. Voor die informatie per straatnaam wordt op dit moment gewerkt aan een website op online.leiden.nl/straatnaam.

Ik zeg altijd dat straatnamen ons veel kunnen leren over de geschiedenis van een stad. Toen ik ooit voor mijn studie naar Delft verhuisde, heb ik daar veel over de stad geleerd aan de hand van de historische straatnamen. Het boek 'Straatnamen in Leiden' bevestigt mijn stelling, want hoewel het officieel gaat over de straatnamen van de stad weet je na het lezen van dit boek ook alles over de ontwikkeling van de stad, de belangrijkste gebeurtenissen en de opvallendste inwoners. Het is goed te zien dat er grondig onderzoek is gedaan bij het samenstellen van dit boek. De tekst is goed verzorgd en uitgebreid voorzien van oude en nieuwe illustraties. Achterin is een uitgebreide lijst met noten en bronnen opgenomen. Het boek is daarmee interessant voor iedereen die interesse heeft in de geschiedenis van Nederlandse straatnamen, maar naar mijn idee toch vooral voor mensen die een band hebben met Leiden.

Boekinformatie:
Straatnamen in Leiden - Een verhaal van zeven eeuwen
door Rudi van Maanen, Marijke Mooijaart

Reacties

Nicole zei…
Mooie recensie van een mooi boek!

Populaire posts van deze blog

Wat is de echte Monopoly-stad van Nederland? En waar ligt Ons Dorp?

Een tijd geleden heb ik al eens uitgelegd wie de straatnamen heeft gekozen voor het Nederlandse Monopoly-spel. De Nederlandse editie van het spel was de eerste waarin straatnamen uit verschillende steden werden gebruikt. Dus vroeg ik me af: is er misschien toch één stad te vinden die al die straatnamen heeft? Dan zouden ze daar mooi hun geheel eigen editie van het spel kunnen maken. Tijdens die zoektocht diende nog een tweede vraag zich aan: waar ligt Ons Dorp? Laten we eerst eens even kijken hoe bijzonder die straatnamen uit het Monopoly-spel eigenlijk zijn. In de top-10 met straatnamen die in het Nederland het meest voorkomen, staat één straat uit Monopoly: de Dorpsstraat . Die komt in Nederland 315 keer voor, van Aalsmeer tot Zwolle. De Brink komt 67 keer voor, van Almelo tot Zuidwolde. Op 43 plaatsen ligt een Steenstraat , van Alphen aan den Rijn tot in Zwolle. Dan komen we bij een bijzonder geval: de Houtstraat komt 32 keer voor in Nederland (van Almere tot Wolvega), maar vreemd

Wie heeft de straatnamen van Monopoly gekozen?

De Barteljorisstraat, Neude, A-Kerkhof en de Kalverstraat. Iedereen kent de straatnamen uit het Monopoly-spel. Maar waarom hebben nou juist deze straatnamen een plekje in het spel gekregen? Waarom heeft men uit Rotterdam niet de Weena of de Lijnbaan gekozen, en voor Amsterdam de P.C. Hooftstraat? En waarom zitten Haarlem en Arnhem er wel in, en Maastricht en Eindhoven niet? Wie heeft dat allemaal bedacht? Voor de geschiedenis van het spel gaan we even helemaal terug naar 1904. Elizabeth Magie vroeg toen patent aan op het bordspel ' The Landlord's Game '. Geïnspireerd door dat spel liet Charles Darrow in 1934 in eigen beheer 5000 exemplaren van het spel 'Monopoly' maken en die waren binnen een jaar verkocht. Toen toonde Parker Brothers interesse om het spel in de Verenigde Staten uit te geven. Zij verkochten binnen een jaar meer dan een miljoen exemplaren. De populariteit van het spel bleef niet onopgemerkt en de Engelse firma Waddington kocht in 1936 de rechten o

Wat is in Nederland de langste straat met één naam?

De Oudebildtdijk in de Friese gemeente Het Bildt wordt vaak de langste straat van Nederland genoemd. De straat loopt van Westhoek naar Oudebildtzijl en is volgens Google Maps in totaal 12,1 kilometer lang. Dat is best een eind inderdaad. Maar is het daarmee inderdaad de langste straat van Nederland? En meer specifiek: de langste straat die van begin tot eind dezelfde straatnaam heeft? Ik zal het maar meteen verklappen: dat is dus niet. Als je gaat zoeken naar 'langste straat van Nederland' kom je allerlei straatnamen tegen. Ik zag dat ergens iemand de Voorstraat in Dordrecht noemde, maar die is 'slechts' 1.200 meter en daarmee met afstand niet de langste. De Laan van Meerdervoort in Den Haag wordt ook vaak genoemd, maar die is met een lengte van 5.800 meter ook zeker niet de langste straat van Nederland. Hier en daar lijkt men dat door te hebben, want daar noemt men het specifiek de langste láán van Nederland. Ik vind gemakkelijke een paar straten die een stuk la

Wat zijn de regels voor nieuwe straatnamen?

Dorstige Smid , Mickey Mousestraat , Kerstomaatplantsoen . Tussen alle vragen die mensen me stellen over straatnamen, komen twee vragen iedere keer weer terug: wie bedenkt toch al die nieuwe straatnamen en wat voor regels gelden daarbij? Het vaststellen van straatnamen is een taak van de gemeente - het gebeurt in het algemeen door het College van B&W. Veel gemeentes hebben een speciale straatnaamcommissie, die advies uitbrengt aan het College. In de commissie zitten deskundigen met verschillende achtergronden, zoals een stadshistoricus en een stedenbouwkundige. De manier waarop in een gemeente de straatnamen worden vastgesteld, is vastgelegd in een 'Verordening Straatnaamgeving en huisnummering'. In die verordening kan een gemeente ook richtlijnen voor de straatnamen opnemen, maar dat is niet verplicht. Het kan ook zijn dat de straatnaamcommissie ongeschreven regels hanteert. Er is dus niet één vaste lijst met regels waar alle straatnamen in Nederland aan moeten vol