Lelystad is aan de klei onttrokken bij de inpoldering van Flevoland. De stad werd pas voor het eerst echt bewoond in 1967. Daarmee is de stad een paradijs voor stedebouwkundigen en voor straatnaamgevers. Want wat is er nou mooier dan met een schone lei te mogen beginnen bij het uittekenen van de straten van een stad, en bij het bedenken van de namen voor die straten? Net zoals bij oudere steden en dorpen geeft de straatnaamgeving een mooi beeld van de tijd waarin de stad is ontstaan. Wat bij het bestuderen van de plattegrond van Lelystad direct opvalt, is dat er bijzonder weinig gebruik is gemaakt van de gebruikelijke achtervoegsels zoals 'straat' en 'weg'. Van de ongeveer 375 straatnamen eindigen er maar 73 op '-straat' (20%) en 54 op '-weg' (14%). Er is dus letterlijk bijna geen straat te vinden! In Lelystad kon men blijkbaar gemakkelijk zonder; men noemde de straten bijvoorbeeld gewoon Kogge, Lagune, Duinvoet, De Schans, Wedderborg, Den Alerdinck en
Opmerkelijke verhalen, grappige weetjes en verrassende feiten over straatnamen.