Doorgaan naar hoofdcontent

Graven naar straatnamen - tijd voor een quiz!

De laatste jaren wordt voor de straatnaamgeving in nieuwbouwprojecten vaak gezocht naar aanknopingspunten uit het verleden. Er worden bijvoorbeeld steeds vaker straten genoemd naar bijlen, bekers en andere bijzonderheden die bij opgravingen in de directe omgeving zijn gevonden. Zo werd vorige week in Oosterhout een hele verzameling straatnamen bekendgemaakt voor de nieuwe wijk De Contreie. Die straatnamen verwijzen allemaal naar de geschiedenis van het gebied.

Voordat men met de nieuwbouw in De Contreie begon, heeft men in 2010 uitgebreid archeologisch onderzoek gedaan. Daarbij werden sporen gevonden uit de ijzertijd, de bronstijd en zelfs de steentijd. De perioden zijn genoemd naar het materiaal dat de mensen in die periode gebruikten om hun werktuigen te maken. Het is lastig om eenvoudig aan te geven van wanneer tot wanneer die tijdsperioden waren, omdat dat per gebied verschilt. In Brabant begon de ijzertijd omstreeks 700 vóór Christus. De bronstijd was daarvoor; die begon ongeveer 2000 vóór Christus. En daarvoor was het stenen tijdperk. De oudste voorwerpen die archeologen in Brabant hebben gevonden dateren uit de periode van ca. 75.000-50.000 vóór Christus.

Vaak kiezen gemeenten één duidelijke periode om hun straatnamen op te baseren. In de Haagse wijk Ypenburg liggen straten zoals Vuursteen, Vuistbijl en Pijlpunt; allemaal duidelijk gebaseerd op de steentijd. In Tiel hebben ze met de Tegulastraat, de Amforastraat, de Doliumstraat en de Fibulastraat duidelijk voor de Romeinse tijd gekozen. Maar in Oosterhout hebben ze voorwerpen gevonden uit de steentijd, de ijzertijd én de bronstijd. En dus heeft men maar straatnamen gekozen die naar alledrie die perioden verwijzen.

Tijd voor een quiz

Denk nou niet dat het een zooitje wordt, met al die perioden door elkaar. Ze hebben er heus wel even goed over nagedacht. Wethouder Janse legt uit: "Om de vindbaarheid van de straten te bevorderen, zijn de straatnamen zo veel mogelijk per periode bij elkaar gezet. IJzertijd bij ijzertijd, bronstijd bij bronstijd en steentijd bij steentijd." Dat klinkt wel logisch, want zo worden straatnamen in de praktijk vaak ook gebruikt. Als iemand je de weg vraagt naar de Vincent van Goghstraat, dan weet je misschien niet precies waar die ligt, maar wel dat je hem naar de schilderswijk moet sturen. Ben je op zoek naar de Kastanjelaan en zie je een bordje 'Lindelaan', dan heb je toch goede reden om aan te nemen dat je in de buurt bent. Op zich dus slim bedacht om de straatnamen per periode te ordenen. Maar is het ook duidelijk? Tijd voor een straatnamenquiz.

Ik noem dadelijk de straatnamen die men in Oosterhout heeft vastgesteld. De opdracht is simpel: verdeel de straatnamen in drie groepen, dus ijzertijd bij ijzertijd, bronstijd bij bronstijd en steentijd bij steentijd. Precies zoals de wethouder het zegt. Ik begin met drie makkelijke straatnamen om erin te komen, daarna wordt het misschien wat lastiger. Hier komen de straatnamen: Bronstijd, IJzertijd, Steentijd, Amfora, Broekbos, Dolium, Drenkkuil, Erfpad, Gebint, Hamerbijl, Heideven, Jachtkamp, Karrespoor, Kling, Leempad, Middenstaander, Napoleonshoed, Paalspoor, Pijlpunt, Ploegschaar, Slijpsteen, Spieker, Stuifduin, Tegula, Vuursteen en Wandgreppel.

En? Viel het mee of viel het tegen? Amfora, Dolium, Tegula, Pijlpunt en Vuursteen had ik hierboven al genoemd. Die waren dus makkelijk. Maar bij die andere namen zaten behoorlijk wat twijfelgevallen - voor mij in ieder geval wel. Ik denk dat ik wacht tot alle straatnamen in Oosterhout een plekje op de kaart hebben gekregen. Dan kan ik waarschijnlijk wel zien bij welke periode de namen horen. Zo leer ik er misschien ook nog wat van. Dat is dan ook wel weer een leuk aspect van straatnaamgeving.

Bron: BN de Stem

Reacties

Hazkan zei…
De vraag is natuurlijj: hoe groot zijn de drie wijken? Als ze in principe net zo groot zijn als een "schilderswijk" en alledrie bij elkaar liggen is het nog geen onoverkomelijk probleem namelijk...
Rob Essers zei…
Blijkbaar was de Nijmeegse gemeenteraad zijn tijd vooruit... Op 31 oktober 2001 werden de straten in de buurt De Elten in de wijk Oosterhout genoemd naar allerlei bodenvondsten uit een Bataafs dorpje onder deze wijk (periode 0 – 250 na Chr.):
Carbatina, Claustrum, Clavis, Denarius, Dissel, Dolabra, Fibula, Gladius, Imbrex, Ligula, Panfluit, Pijlpunt, Slingerkogel, Spinklos, Tabella, Tegula, Terracotta, Tuigbeslag, Volsella, Weefgewicht, Wetsteen, en Zegelring.

Na bezwaren van toekomstige bewoners werd de naam Tuigbeslagstraat op 13 maart 2002 gewijzigd in Dupondiusstraat. De Claustrumstraat werd op 6 maart 2005 omgedoopt in Claustrum.

Populaire posts van deze blog

Wat is de echte Monopoly-stad van Nederland? En waar ligt Ons Dorp?

Een tijd geleden heb ik al eens uitgelegd wie de straatnamen heeft gekozen voor het Nederlandse Monopoly-spel. De Nederlandse editie van het spel was de eerste waarin straatnamen uit verschillende steden werden gebruikt. Dus vroeg ik me af: is er misschien toch één stad te vinden die al die straatnamen heeft? Dan zouden ze daar mooi hun geheel eigen editie van het spel kunnen maken. Tijdens die zoektocht diende nog een tweede vraag zich aan: waar ligt Ons Dorp? Laten we eerst eens even kijken hoe bijzonder die straatnamen uit het Monopoly-spel eigenlijk zijn. In de top-10 met straatnamen die in het Nederland het meest voorkomen, staat één straat uit Monopoly: de Dorpsstraat . Die komt in Nederland 315 keer voor, van Aalsmeer tot Zwolle. De Brink komt 67 keer voor, van Almelo tot Zuidwolde. Op 43 plaatsen ligt een Steenstraat , van Alphen aan den Rijn tot in Zwolle. Dan komen we bij een bijzonder geval: de Houtstraat komt 32 keer voor in Nederland (van Almere tot Wolvega), maar vreemd

Wie heeft de straatnamen van Monopoly gekozen?

De Barteljorisstraat, Neude, A-Kerkhof en de Kalverstraat. Iedereen kent de straatnamen uit het Monopoly-spel. Maar waarom hebben nou juist deze straatnamen een plekje in het spel gekregen? Waarom heeft men uit Rotterdam niet de Weena of de Lijnbaan gekozen, en voor Amsterdam de P.C. Hooftstraat? En waarom zitten Haarlem en Arnhem er wel in, en Maastricht en Eindhoven niet? Wie heeft dat allemaal bedacht? Voor de geschiedenis van het spel gaan we even helemaal terug naar 1904. Elizabeth Magie vroeg toen patent aan op het bordspel ' The Landlord's Game '. Geïnspireerd door dat spel liet Charles Darrow in 1934 in eigen beheer 5000 exemplaren van het spel 'Monopoly' maken en die waren binnen een jaar verkocht. Toen toonde Parker Brothers interesse om het spel in de Verenigde Staten uit te geven. Zij verkochten binnen een jaar meer dan een miljoen exemplaren. De populariteit van het spel bleef niet onopgemerkt en de Engelse firma Waddington kocht in 1936 de rechten o

Wat is in Nederland de langste straat met één naam?

De Oudebildtdijk in de Friese gemeente Het Bildt wordt vaak de langste straat van Nederland genoemd. De straat loopt van Westhoek naar Oudebildtzijl en is volgens Google Maps in totaal 12,1 kilometer lang. Dat is best een eind inderdaad. Maar is het daarmee inderdaad de langste straat van Nederland? En meer specifiek: de langste straat die van begin tot eind dezelfde straatnaam heeft? Ik zal het maar meteen verklappen: dat is dus niet. Als je gaat zoeken naar 'langste straat van Nederland' kom je allerlei straatnamen tegen. Ik zag dat ergens iemand de Voorstraat in Dordrecht noemde, maar die is 'slechts' 1.200 meter en daarmee met afstand niet de langste. De Laan van Meerdervoort in Den Haag wordt ook vaak genoemd, maar die is met een lengte van 5.800 meter ook zeker niet de langste straat van Nederland. Hier en daar lijkt men dat door te hebben, want daar noemt men het specifiek de langste láán van Nederland. Ik vind gemakkelijke een paar straten die een stuk la

Wat zijn de regels voor nieuwe straatnamen?

Dorstige Smid , Mickey Mousestraat , Kerstomaatplantsoen . Tussen alle vragen die mensen me stellen over straatnamen, komen twee vragen iedere keer weer terug: wie bedenkt toch al die nieuwe straatnamen en wat voor regels gelden daarbij? Het vaststellen van straatnamen is een taak van de gemeente - het gebeurt in het algemeen door het College van B&W. Veel gemeentes hebben een speciale straatnaamcommissie, die advies uitbrengt aan het College. In de commissie zitten deskundigen met verschillende achtergronden, zoals een stadshistoricus en een stedenbouwkundige. De manier waarop in een gemeente de straatnamen worden vastgesteld, is vastgelegd in een 'Verordening Straatnaamgeving en huisnummering'. In die verordening kan een gemeente ook richtlijnen voor de straatnamen opnemen, maar dat is niet verplicht. Het kan ook zijn dat de straatnaamcommissie ongeschreven regels hanteert. Er is dus niet één vaste lijst met regels waar alle straatnamen in Nederland aan moeten vol